Taalattitudes bij jonge kinderen

Voor het vak Taalvaardigheden moesten we enquêtes afnemen die gaan over taalattitudes bij jonge kinderen. Ik heb een jongen van de derde kleuterklas, een meisje van het derde leerjaar en een jongen van het zesde leerjaar geënquêteerd. Ze zijn allemaal afkomstig van uit de regio Tielt. We onderzochten de taalattitude door een cd te laten afspelen waar iemand eerst Algemeen Nederlands sprak, daarna tussentaal en ten slotte dialect. Daarna moesten de kinderen vragen oplossen (bijv. wie van de drie is meester?). Als je meer wil weten over tussentaal, klik dan op deze links voor meer uitleg. 
Link 1:http://delphineclaerhout.blogspot.be/2013/10/politici-en-dialect.html
Link 2: http://delphineclaerhout.blogspot.be/2013/10/tussentaal-bij-soaps.html


Kind van derde kleuterklas
Ik merkte bij het kind van de derde kleuterklas dat het nog niet echt besefte wat het verschil was tussen de fragmenten. Dit wil zeggen dat een kind geen vooroordelen heeft door taalgebruik. Ik had het gevoel dat het kind een beetje gokte. Het kind zei dat de persoon die meester was, het meest dialect sprak.

Kind van het derde leerjaar.
Het kind moest al wat meer vragen beantwoorden. Lang moest het kind niet nadenken, maar ik denk niet dat het kind alle vragen correct beantwoord heeft. Toen we achteraf vroegen wat het verschil tussen de drie fragmenten was, kon ze er wel op antwoorden.

Kind van het zesde leerjaar
Hij had volgens mij de meeste vragen correct. Op sommige vragen weet ik zelf geen antwoord (bijv. wie van de drie heeft zwarte schoenen aan?). Hij denkt dat de persoon die het meest Algemeen Nederlands sprak, de meester was, in een groot huis woont, graag andere mensen helpt en veel vrienden heeft. 

Mijn besluit: als kinderen jonger zijn hebben ze nog geen vooroordeel in verband met taalgebruik. Ze beseffen nog niet welke taal je in welke situatie moet gebruiken. Naar mate de kinderen ouder worden, hebben ze al vooroordelen door naar de taal van een bepaalde persoon te luisteren.